Skyline

Skyline

Paard in de zak

Hoewel een gewone pot schaak al ingewikkeld genoeg is, hebben grappenmakers in de loop der tijd tal van varianten bedacht om het spel nog ingewikkelder te maken. Ooit, toen we nog een clubblad hadden dat op papier verscheen (‘Opa, wat is dat, een blaadje op papier?’), had Harold van Waardenburg een rubriek waarin hij ons elke aflevering met één van die aberraties liet kennismaken. Dat vonden we wel grappig, maar we waren niet zo gek dat we ons daarmee daadwerkelijk op het bord wilde bezighouden.
Op de laatste ALV echter stelde Henk voor om op de clubavond tussen Kerst en Oud- en -Nieuw te schaken volgens de variant genaamd “Paard in de zak”. Dat deden ze op zijn oude club ook vaak en daar beleefde men veel plezier aan. Je begint in de normale opstelling, maar zonder Koningspaard. Dit Paard mag je inzetten wanneer en waar je maar wilt, met dien verstande dat je er geen schaak mee mag geven.
Vooral natuurlijk omdat dit voorstel van Henk kwam (bedenk hierbij zelf tenminste twee argumenten), hebben wij het overgenomen en een avond ‘Paard in de zak’ gespeeld. En eerlijk is eerlijk, dat was best lollig en helemaal niet makkelijk. De hamvraag was: wanneer zet je dat Paard in?  Al vrij snel in de verdediging? In het middenspel om je aanval kracht bij te zetten?  Wacht je tot er een vorkje in zit? Of tot het eindspel voor de genadeklap?  Zoals dat gaat werd dat meestal pas duidelijk als de partij was beëindigd. Wie mat werd gezet met het Paard nog in de zak kon zich wel voor zijn kop slaan.
Niet geheel onverwacht maar toch wel teleurstellend vond ik het dat de betere schakers ook hier weer de boventoon voerden. Wat had ik het Joop, Emile, mijzelf gegund om ook eens wat te winnen. Maar het werd Tony. Hij zij geprezen en de fles wijn is hem van harte gegund. Maar ook de anderen hadden niet te klagen want er was glühwein en er waren oliebollen in overvloed.
En zo konden we, met dank aan het oude jaar, in goede stemming huiswaarts gaan om ons op te maken voor het nieuwe.


                                                                                                                      Jan.

Hij kwam, hij zag, hij overwon

Tony: midwinterkampioen


De eerste cyclus van de strijd om het clubkampioenschap zit er op. Een paar dingen springen daarbij in het oog. Allereerst is daar het aantal keren dat er iemand oneven is geweest: bij negen van de dertien rondes was dat het geval. Dit aantal ligt duidelijk boven wat je op basis van de kansberekening mag verwachten en dit wijst onmiskenbaar op een misstand. Ik roep alle leden dan ook op om in de tweede cyclus beduidend meer even te zijn.
Daarnaast vallen de bescheiden klasseringen van Emile, Albert en Erik V op. Kom op, heren.
Eén overwinning in zo’n hele cyclus!! Dat moeten jullie toch beter kunnen? Aan de studie!  Aan de fitness! Aan de yoga! En verpulver de komende cyclus die hele middenmoot!
Opvallend vind ik ook de plaatsen van Robbie en Patrick. Na een traag begin lijken zij nu op stoom geraakt en rukten op naar een derde en vierde plaats.
Daarboven, op plaats twee, staat Henk en ook dat is iets wat niet iedereen verwacht had. Maar hij speelt zeer gedegen en blijkt een moeilijk te nemen horde te zijn. Dat hij van ons allen het vaakst remise speelt, is geen toeval.
En dan moet er ook nog iemand eerste zijn. Die iemand kwam begin september een kijkje  nemen tijdens de simultaan, vond het wel tof bij ons en werd lid. Daarna kwam hij alle maandagen. Tegen de tijd dat de vraag of hij nu Ronnie of Tony heette ten gunste van de tweede variant was beslist, had hij de halve club al verslagen en stond huizenhoog bovenaan.

Daarna kwamen er nog diverse partijen waarin hij op zijn eerste nederlaag leek af te stevenen, maar steeds was het geluk met hem. Maar omdat bij het schaken geluk niet iets is wat je toevalt, maar iets dat je afdwingt, was zijn aanhoudende zegereeks zijn eigen verdienste. Alleen Robbie wist hem een punt afhandig te maken.
Ooit, in het jaar 2000, kwam er ook zo’n lid bij ons langs. Hans de Nijs was de naam. Die werd in het jaar van aanmelding meteen clubkampioen, waarna hij verhuisde en verdween.

We hopen dus dat jij dat niet doet (verhuizen, verdwijnen).  En natuurlijk hopen we ook dat je geen kampioen wordt. Maar zoals de zaken er nu voorstaan zou het niet onterecht zijn als je het wel werd. Gefeliciteerd en leuk dat je er bij bent gekomen.

Osbo ronde 3

DSG 1 – De Toren 6J:   4 - 2
DSG 2 -  Doetinchem 3: 2 - 2
Zutphen 3 – DSG 3 :     3½ - ½

Bizarre tijden maken we mee. Kwam in de vorige ronde Zutphen 4 niet opdagen in de wedstrijd tegen ons tweede, deze ronde zat men in Zutphen tevergeefs te wachten op de komst van ons derde team. Twee matchpunten in mindering en een boete van 100 euro zijn daarvan het gevolg. Die 100 euro is natuurlijk een forse strop, maar die twee matchpunten in mindering zijn vooralsnog louter symbolisch, want ons derde heeft nog geen matchpunten. Ook niet na de inhaalslag een week later.

Zutphen 3 – DSG 3

Joop gaf nog wel het goeie voorbeeld.  Zijn partij was redelijk gelijk opgaand. Een aanval op zijn Koningsvleugel sloeg hij af, een pionnetje dat hij achterkwam won hij terug en uiteindelijk kwam er een eindspel op het bord met voor ieder een Toren en zeven pionnen die behoorlijk vaststonden.

Frank was dicht bij de winst. Toen zette zijn tegenstander zichzelf schaak en drukte de klok in. Dit werd geconstateerd door de wedstrijdleider die de tegenstander meldde dat hij een onreglementaire zet deed, waarna er wat onhandig met de klok en de stelling werd gemanoeuvreerd. Frank raakte hierdoor in verwarring en de kluts kwijt en verloor.

Sjef v. d. List (1597 – Joop (1463)                ½ - ½
Harrie de Rover (1386) – Albert (1375)        1 - 0
Jarmo v.d. Seijp -  Eric                                  1 - 0
Jan Eefting (1288) – Frank (1101)                1 - 0

DSG 2 – Doetinchem 3
Ben kwam in zijn partij steeds een tempo tekort om de zaak naar zijn hand te zetten
en dat bleef zo tot het eind.
Steffen ging van acquit op mat af.  In no time rolde hij de Koningsvleugel van zijn tegenstandster op, rukte met groot materieel op naar de achtste rij en daarna was het snel bekeken.
Albert trok voortijdig ten aanval en zoals dat dan vaak gaat, werkte dat als een boemerang.
Chiel kwam richting eindspel een stuk achter, niemand die hem nog een schijn van kans gaf, maar op wonderbaarlijke wijze wist hij niet alleen te ontsnappen, maar zelfs de volle buit binnen te halen.

Ben (1538) – Philip Schijns (1463)               0 - 1
Chiel (1523) – Wim Leenderink (1379)        1 - 0
Steffen (1395) – Martje v.d. Hoff (1070)     1 - 0
Albert (1375) – Jelmer v. d Zaag                  0 – 1

DSG 1 – De Toren 6J

Dat spelen tegen jeugdteams is niet iets waar je verlangend naar uitkijkt. Win je dan schiet je daar, door de minimale rating van je tegenstander, geen zak mee op, verlies je, dan duikel je zo dat dat in een seizoen nauwelijks te herstellen valt. Moeilijk is het ook om het idee te onderdrukken dat je de oom bent die een neefje schaken moet leren. Deze hoogmoed heeft al velen ten val gebracht, maar niet de onzen.
Na vijf partijen stonden we met 3 – 2 voor en alleen de partij van Paul was nog aan de gang.
Beide spelers verkeerden in tijdnood, maar de nood bij Paul was het grootst en hij stond, aldus de ooggetuigen, ook slechter. Maar zie waartoe ouderdom, ervaring en wilskracht in staat is.
In grootse stijl, met onnavolgbare snelheid wist hij, als een Houdini, wat zeg ik, als een Chiel Verhagen, te ontsnappen en zijn winst en die van het eerste veilig te stellen.

Henk (1734) – Frank van Wijngaarden (930)           1 - 0
Paul (1609) – Cyndia Wong (1189)                          1 - 0
Fred (1501) – Elmar Rothaan (1287)                        0 - 1
Emile (1472) – Imre Woest (923)                             1 - 0
Joop (1463) – Lorens Konecry (778)                        0 - 1
Albert (1375) – Ron v.d. Zand (707)                        1 – 0


Dankzij deze overwinning is het eerste nu opgerukt naar de tweede plaats.

Robbie: medogenloze vluggeraar.


Buiten ging het wild tekeer. Storm striemde door de Ooipoortstraat, wat er nog aan blad aan de bomen zat werd er gierend vanaf gesneden, dakpannen sneuvelden, takken braken en rokers die er in geslaagd waren hun sigaret aan te krijgen, konden , als ze hun rook tegen de wind in hadden uitgeblazen, hun uitstoot meteen weer inhaleren. Even zo stormachtig ging het toe in de behaaglijke warmte van de Bonte Os. Dames sneuvelden, stukken vielen van het bord en werden weer opgezet in de tijd van de tegenstander, prachtige standen gingen verloren omdat de tijd was overschreden of omdat mat in één over het hoofd werd gezien. Dat hier geschaakt werd om het kampioenschap vluggeren, was wel duidelijk.
De twaalf aanwezigen speelden 132 partijtjes en dat er daaronder verrassende uitslagen zouden zijn, viel te verwachten. Zo won Henk van Tony en Patrick, maar verloor hij van Paul en Fred, zo wist Joop het punt te delen met Tony, maar de verrassing van de avond werd door FrankvdR geleverd, die Chiel, Paul en Jan versloeg.
Niet helemaal verrassend was het dat Robbie kampioen werd, wel de wijze waarop: 
ONGESLAGEN!!  Het gaat je duizelen als je naar de rij scores achter zijn naam kijkt. Pure kinetische kunst. Allemaal verticale streepjes.Of je naar een werk van Jesus Rafael Soto kijkt.






Als je dan toch kampioen wordt, is het zo wel het aardigst: ver voor het veld uit.
Gefeliciteerd, meneer, en hoedje af.


Voor de uitslagen en eindstand zie: Interne Competitie - Verslag Snelschaak.