DSG Nieuws
Nieuws over het Doesborghsche Schaakgenootschap anno 1873
Skyline

DSG 150 - Snelschaak 22-5-2023
Patrick, Kampioen Fischer Random Schaak
Voor de uitslagen en stand: ga naar Interne Competitie en Fischer Random Schaak of KLIK HIER
Jaap, kampioen interne competitie 2023
Na een play off tussen Jaap, Paul, Joop en Albert, was het Jaap, die na 3 rondes de meeste punten verzameld had.
In ronde 1 haalde Jaap de winst tegen Albert, terwijl Joop remise speelde tegen Paul.
In de tweede ronde versloeg Albert Joop. In deze ronde plaatste Paul de arbiters voor een probleem, door op te geven, maar na bestudering van de eindstelling bleek, dat Jaap geen winstkansen meer had. Dus werd het toch remise.
In ronde drie stelde Jaap het kampioenschap veilig door van Joop te winnen. Albert won op tijd van Paul, hetgeen leidde tot onderstaand eindresultaat.
Jaap 2 ½Albert 2
Paul 1
Joop ½
Gefeliciteerd Jaap
en we kijken uit naar de simultaan in het nieuwe seizoen.
Jaap, de rapidkampioen 2023
Wat ik toch wel een teleurstelling vind, dat is als de te kloppen man niet te kloppen blijkt. Je denkt: ook een te kloppen man moet toch weleens een penning over het hoofd zien, met een achtergebleven pion zitten, in zetdwang komen, een Loper hebben die vaststaat achter zijn pionnenketen. Maar dan ken je onze te kloppen man niet. Hij niet. Of misschien wel, maar zagen wij dat niet. En daarom was hij niet te kloppen. Hoogst onverkwikkelijk.
Na de vier ronden die op de eerste speelavond werden gespeeld, stond Jaap, want over hem heb ik het, dankzij overwinningen op Paul, Albert, Maksym en Koert, met een voorsprong van drie punten op Albert, fier en ongeslagen bovenaan. Zijn onorthodoxe openingsrepertoire leent zich uitstekend voor partijen met een korte duur waarin Jaap op bekend gebied speelt en zijn tegenstander het wiel moet uitvinden.
De tweede avond ging hij op dezelfde wijze verder. In de vijfde ronde versloeg hij Chiel. In de zesde leek het erop dat hij tegen mij zijn eerste punt zou verliezen, maar hier toonde Jaap zijn andere sterke kant nl het eindspel, waarin hij duidelijk gewiekster speelde dan ik. De zevende en laatste ronde was slechts een formaliteit, maar daarin toonde Jaap zijn eerzuchtige, op winst beluste kant en versloeg hij Paul voor de tweede maal.
Als je met 7 uit zeven eerste wordt, ben je niet alleen een niet te kloppen man, maar ook een waardig kampioen.
Gefeliciteerd, Jaap.
SMB2 – DSG1: 3 – 3
In de veronderstelling dat de wedstrijd om 20.00 zou beginnen, waren wij onaangenaam verrast toen bij het betreden van de speelzaal bleek dat onze klokken al ruim een kwartier liepen. Dat de teamleider van de thuisploeg ons in een uitnodiging had moeten laten weten dat er op deze locatie om 19.30 wordt begonnen, werd geen argument gevonden en bovendien stond die eikel(1346) nog te liegen dat ie het wel had gedaan. De klokken werden dus niet teruggezet. Deze tegenstander diende dus vernietigend verslagen te worden, in het bijzonder (1346). Zo ging het dus niet.
Frank (2116)
trof met Wit aan bord 1 Lucas de Jong (1670). Deze Lucas is heel slechtziend of
blind en het spelen tegen tegenstanders met deze handicap is vanwege al het
gedoe dat dat met zich meebrengt geen
pretje, zeker niet als ze ook nog behoorlijk kunnen schaken. Frank echter liet
zich niet van de wijs brengen, bouwde rustig een solide stelling op, oefende
wat druk uit op die van (1670), er leek voor de toeschouwende leek niet veel
aan de hand, maar richting eindspel volgde er een afruil waarna Frank ineens
een vrijpion bleek te hebben die beslissend werd.
Jaap (1671)
moest het met Zwart opnemen tegen (1700) en hij had er weer zin in. Al gauw
bereikte hij vanuit een ongebruikelijke opening een stelling zoals je die niet
vaak tegenkomt in een reguliere schaakpartij, maar die een kolfje naar zijn is
en voor de tegenstander niet. Die legde dan ook al snel het loodje.
Ben (1439)
zag zich tegen (1615) al in de opening gedwongen om met zijn Koning richting
midden van het bord op te rukken om daar een bedreigd stuk te dekken. Dat kon
natuurlijk niet goed aflopen en dat liep het ook niet.
Bij mij (1441) en
(1406) verdwenen in hoog tempo alle stukken van het bord, waarna de pionnen in elkaar geschoven stonden en we
allebei nog een Loper hadden die nutteloos achter dat pionnenhekwerk stond.
Remise dus.
Albert (1416)
begon, zoals hij dat wel vaker doet, met het Italiaans (e4, Pf3, Lc4) en na 15
zetten zag het er best veelbelovend uit. Toen kwam (1465) met een aantal
Paardzetten, waarop Albert niet goed reageerde.
Vijf zetten later kon hij, bij een massale aanval op zijn Koningsvleugel geen
kant meer uit en gaf dus op.
Joop (1394),
die om 18.40 ruw van zijn avondeten werd weggehaald omdat Patrick op het
laatste moment had afgezegd, speelde tegen (1346), ja, die dus, de partij van
zijn leven en dreigde hem van het bord te vegen. Gedegen spelend, slim
afruilend, gewiekst combinerend, bereikte hij een eindspel waarin hij een Toren
meer had en glad gewonnen stond (+6,00 volgens Fritz). Maar toen begon de
machine te haperen en in plaats van de genadeklap uit te delen, ging Joop de
verdediging in en gaf hij (1346) de kans om met twee verbonden vrijpionnen op
te rukken. Dat had nog slecht voor Joop kunnen aflopen, maar gelukkig
accepteerde (1346) remise.
En zo werd het dus 3 -3.
Jan
Jaap kampioen van periode 2.
Lang zag het er naar uit dat ik ook de tweede periode zou winnen. Maar in de negende ronde verloor ik van Paul en speelde Jaap remise tegen Patrick, waardoor hij mij tot op één punt naderde. De beslissing moest dus in ronde 10 vallen, want in ronde elf spelen we allebei een SOS-wedstrijd. Jaap moest het daarin opnemen tegen Chiel, ik tegen Albert. Chiel deed niet wat ik hoopte en liet al snel zijn Dame pennen en ook Albert beantwoordde niet aan mijn verwachtingen en bood meer tegenstand dan ik hoopte, waardoor onze partij in remise eindigde. En zo stoof Jaap op de valreep over mij heen en werd hij kampioen van periode twee. Dat dat niet ten onrechte is, blijkt uit het volgende overzichtje
Gesp.
Gew. Rem. Verl. Perc. TPR
Jaap 9 7
1 1 83
1764
Jan 9 6
2 1
78 1721
Gefeliciteerd Jaap!
Gevolg van deze uitkomst
is dat er nu play-offs moeten worden gespeeld.
Albert, Jaap, Jan en Paul
hebben zich hiervoor geplaatst.
17 april wordt ermee
begonnen.
DSG 1 (1682) – UVS 3 (1517): 5½ - ½
Snelschaken (2023)
Voor de uitslagen ga naar:
Interne competitie - Verslag snelschaak
of KLIK HIER
USV 2 (1630) – DSG (1645) : 2½ - 3½
Verheugend was het feit dat Patrick weer van de partij was, want zie, dat maakte meteen het verschil: in plaats van, zoals de laatste wedstrijden gebruikelijk was, met 2½ - 3½ te verliezen, wonnen wij nu met deze cijfers. Dat ging zo.
Patrick
(1751) trof aan bord 1, vanwege een tactische opstelling van de tegenpartij, (1552)
en wist daar wel raad mee. Al in de opening won hij een paar tempo’s, wat later
een stuk en daarna al snel de partij.
Chiel (1477)
had aan bord 4 geen fijne avond. ‘Ik kwam nog wel redelijk uit de opening, maar
daarna bleek mijn tegenstander (1609) tactisch te sterk en kwam ik er niet
meert aan te pas. Hij kwam steeds beter te staan en haalde steeds meer
materiaal op.
Ook Jaap (1707) aan
bord 3 wist zich wel fijnere avonden te herinneren. Zijn 1.f4 werd door (1689) beantwoord met e5, waarna Jaap
meteen uit zijn repertoire was. Ook in het verdere verloop van de partij bleek
(1689) van wanten te weten en liet hij zien wat het risico is van een aanval
over beide flanken: dat je tegenstander door het centrum heen snijdt. Dat deed
ie zeer gewiekst en zo stonden we halverwege met 2 – 1 achter. Dat was niet de
bedoeling. Gelukkig bleken we aan bord 5 over een geheim wapen te beschikken,
nl.:
Albert (1398): Ik opende met e4 en mijn tegenstander (1573) reageerde met de Franse verdediging.Ik ging iets te snel naar voren op de damevleugel en kwam op mijn koningsvleugel erg gedrongen te staan met veel stukken op een klein stukje speelveld. Stockfisch gaf mijn tegenstander steeds een behoorlijke plus.Gelukkig miste hij enkele goede vervolgzetten en kon ik via een loperaanval op zijn stelling, waarop hij vreemd reageerde, een Loper slaan met mijn Dame.Dat was het keerpunt in de partij.Ik had belang bij het afruilen van stukken en hij ging daarin mee, zodat ik uiteindelijk met 2 pionnen méér het eindspel inging. Dat was te veel voor hem en toen er een matdreiging volgde, die hij niet meer kon opheffen zonder verlies van zijn Toren, gaf hij op.
Jan (1423): Mijn tegenstander (1528) opende met 1.Pf3. Normaal beantwoord ik dat met Pf6, maar omdat dat bij mij altijd tot vervelende friemelpartijen leidt, koos ik voor 1…, d5. Algauw bleek dit ook nergens toe te leiden: geen aanknopingspunten, geen plan, noch bij mij, noch bij mijn tegenstander. Omdat Frank desgevraagd aangaf dat ie zou gaan winnen, had ik aan remise voldoende voor onze overwinning.Dat werd het toen wij drie keer dezelfde stelling op het bord kregen.
Frank (2112)
bleek terecht achter bord 2 te zijn geplaatst, want daar kon hij het opnemen
tegen hun sterkste man: (1829). Vanuit een Siciliaan bouwde Frank in alle rust
een gedegen stelling op en voerde
geleidelijk de druk op. Dat leidde tot een eindspel waarin hij het zich
kon permitteren stuk winst te versmaden, omdat hij, ook weer in alle rust, de
twee pionnen kon opruimen die hem verhinderde met een vrijpion naar zijn
promotieveld door te lopen.
De Agenda
De voorspellingen voor wat er ons het komende jaar te wachten staat, zijn niet onverdeeld gunstig. Gelukkig is daar het programma voor de tweede helft van dit schaakseizoen, dat zekerheid en het vooruitzicht op zo’n twintig genoeglijke speelavonden biedt.
Seven-to-seven.
Afgelopen maandag (19/12/2022) trokken we met z’n zevenen naar Arnhem om daar op plezierige wijze het schaakjaar af te ronden en iets op te bouwen wat misschien een traditie kan worden. De bedoeling was weliswaar dat we er met tien man naartoe zouden gaan, maar dat zat er helaas niet in.