Dit
keer traden we eindelijk op volle sterkte aan, of liever: bijna etc.. Aan bord
1 zat Ben dus. Die kwam al gauw wat materiaal achter, maar ten koste van
een mindere stelling wist Ben dat terug te krijgen. Had zijn tegenstander zelf
wat initiatief ontplooid in plaats van te reageren op Ben deed, dan hadden we
al snel een nul te pakken gehad. Nu werd het remise.
Aan bord 2 trof Emile een taaie tegenstander, maar ook
deze tegenstander trof een taaie tegenstander. Dat werd dus hangen, slepen,
dreigen, trekken, terugtrekken zonder dat er één duidelijk voordeel kreeg. Ook
dit werd remise.
De
tegenstander van Jan (die eigenlijk
een jonge vrouw was, maar die we genderneutraal tegenstander zullen blijven
noemen), had hem, ware deze tegenstander Fritz geweest, op de 12de
zet al een tot verlies leidende combinatie aan de broek kunnen smeren, maar
omdat deze tegenstander Marije heette, werd er voor iets onschuldigs gekozen,
waarna Jan er een zet of tien later zelf combinatoir een einde aan maakte.
Aan
bord 4 zat niet Eric, maar Guyliano.
Die had eerder op de avond iets geleerd over insluiten en over hoe belangrijk
het is om de bewegingsvrijheid van de vijandelijke stukken te beperken en zie,
met vreugde en wellust wist hij met één Loper twee Paarden buiten spel te
zetten. Met een stuk meer had hij zijn punt al snel binnen.