Op de maandagavonden van de 26ste maart en de 2de april speelden we om het rapidkampioenschap. De eerste avond joegen we er in straf tempo vijf ronden door. Hoewel 20 min. p.p.p.p. toch een tempo is waardoor je je niet opgejaagd hoeft te voelen, werd er de eerste ronden zo hier en daar in flitsend tempo geopend. Zo bleven links en rechts stukken ongedekt instaan, werden Dames en Torens weggegeven en een betere stelling betekende absoluut geen garantie voor het binnenhalen van de winst. Maar allengs wendde men aan het tempo. De partijen duurden langer, het spelpeil steeg en je kon zelfs partijen zien waarin rapid net echt schaak leek.
De meeste uitslagen van de 20 gespeelde potten waren niet echt schokkend, maar een paar sprongen er toch wel uit. Zo won Fred in de vierde ronde van Paul en Albert van Robbie, in de vijfde zette Jan Robbie mat. De verrassing van de avond was echter Fons. Wat ie zo’n half jaar doet in Spanje , daarover hoor je hem niet, maar vermoedelijk zit ie daar ’s middags in een schaaktrainingskamp en doet ie ’s ochtends aan yoga en andere concentratieoefeningen. Onbewogen zat hij achter het bord, zelfverzekerd voerde hij zijn zetten uit en Albert, Jan en Paul waren er het slachtoffer van. Alleen Robbie en Patrick waren hem de baas.
Aan het eind van de eerste avond was de strijd om het kampioenschap eigenlijk al beslist. Patrick stond met 5 uit 5 bovenaan en had twee punten voorsprong op zijn naaste concurrenten.
De tweede avond nam Chiel de plaats in van Jan en hij deed dat met verve: winst tegen Albert, remise tegen Patrick . Dat ie de Beinumse derby tegen Paul verloor zij hem vergeven. Patrick won in de zesde ronde van Robbie , er moesten dus rare dingen gebeuren wilde Patrick het kampioenschap ontgaan. Die gebeurden er niet, dus hij werd het. Met 7½ uit 8. Een fraaie score. Een kampioen waardig. Gefeliciteerd, Patrick.
Eindstand:
1 Patrick 7½ uit 8
2 t/m 6 Robbie, Paul, Emile, Fred, Fons 4 uit 8
7 Jan/Chiel 3½ uit 8
8. Albert 3 uit 8
9. Joop 2 uit 8